Tips voor een geslaagde barbecue
- Steek de barbecue tijdig aan, tenminste 1 uur van tevoren.
- Leg een bergje houtskool in de barbecue. Daartussen plaats je aanmaakblokjes die je vervolgens aansteekt. Wanneer de houtskool goed gloeit kan het over de barbecue worden verspreid.
- Wanneer de vlammen zijn gedoofd en de houtskool of briketten bijna grijskleuren, heeft de barbecue de juiste hitte bereikt om het vlees perfect te grillen.
- Voeg tijdig nieuwe kolen toe, dan hoef je de barbecue niet opnieuw aan te steken.
- Geef het vlees de tijd om bruin te worden. Teveel omdraaien is niet goed.
- Door het vlees op het rooster regelmatig met olie te bestrijken, blijft het vlees sappiger.
- Dep gemarineerd vlees goed droog met keukenpapier voordat je het roostert.
- Strooi van tevoren nooit zout op het vlees, er verschijnt vocht, wat het bruin worden bemoeilijkt.
- Gebruik een tang (dus geen vork). Hierdoor blijven de vleessappen bewaard.
- Trek het vlees, dat aan het rooster kleeft, niet los. Laat het even liggen, het gaat vanzelf los.
Bewaartips
- Zet het vlees direct na thuiskomst in de koelkast of vriezer. Wanneer je het vlees dezelfde of de volgende dag gebruikt, kan het in de koelkast.
- Haal ingevroren vlees de avond van tevoren uit de vriezer en laat het in de koelkast ontdooien.
- Houd het vlees zo lang mogelijk in de koelkast. Zo voorkom je dat het vlees, wat uiteindelijk niet opgaat, onnodig lang in de (warme) buitenlucht ligt.
- Leg het vlees nooit in de zon.
- Kip en varkensvlees dien je altijd helemaal gaar te eten!
- Leg bereid vlees nooit bij rauw vlees, gebruik hiervoor altijd schone schalen.
